Verandert de transfermarkt door de Diarra-zaak?
Dit artikel is een externe partnerbijdrage.
5 juni 2025 12:42
Foto: -
De uitspraak van het Europese Hof van Justitie in de zaak rond oud-voetballer Lassana Diarra heeft de fundamenten van de internationale transfermarkt aan het wankelen gebracht. Hoewel het volledige effect nog moet blijken, zijn de eerste tekenen van verandering al zichtbaar. Het zou zelfs kunnen dat in de toekomst de belangrijke richtlijnen bij spelerswissels worden veranderd.
Achtergrond van de Diarra-zaak
Het conflict begon in 2014, toen Lassana Diarra zijn contract bij het Russische Lokomotiv Moskou eenzijdig beëindigde. Diarra stelde dat de club contractuele verplichtingen niet nakwam, zoals achterstallige betalingen en onredelijke trainingsomstandigheden. FIFA vond dat hij geen ‘gegronde reden’ had om zijn contract op te zeggen en legde hem een boete op van 10,5 miljoen euro, samen met een wereldwijd speelverbod van vijftien maanden. Een geplande overstap naar de Belgische club Charleroi werd hierdoor onmogelijk, omdat de club vreesde voor zware sancties.
Diarra vocht deze sanctie aan bij de nationale rechter in België, die de zaak vervolgens doorverwees naar het Europese Hof van Justitie (EHvJ). In oktober 2024 sprak het Hof zich uit: bepaalde FIFA-regels rond transfers en contractbreuk waren in strijd met het Europese recht, met name het vrije verkeer van werknemers binnen de EU.
Uitspraak van het Europese Hof
Het Hof oordeelde dat de FIFA-regels, waarin eenzijdige contractbeëindiging door spelers zwaar werd bestraft (ook met consequenties voor de nieuwe club), in strijd zijn met de fundamentele rechten van werknemers in de EU. De regels legden een onevenredig zware financiële en juridische last op spelers en clubs, waardoor de arbeidsmobiliteit van voetballers werd belemmerd. Volgens het Hof moeten spelers in de EU net als andere werknemers in staat zijn om werk te zoeken of hun dienstverband te beëindigen, zonder dat onevenredige sancties dat verhinderen. Het Hof erkende wel dat clubs bescherming verdienen tegen willekeurige contractbreuk, maar oordeelde dat de FIFA-regels hierin te ver gingen.
Reactie van FIFA en FIFPRO
In reactie op de uitspraak introduceerde FIFA begin 2025 een voorlopig nieuw regelkader. Hierin wordt 'gegronde reden' voor contractbeëindiging gedefinieerd als situaties waarin een partij niet langer redelijkerwijs verwacht kan worden de contractuele relatie voort te zetten. Schadevergoedingen worden voortaan objectief berekend om de benadeelde partij in de oorspronkelijke positie te herstellen. De internationale spelersvakbond FIFPRO uitte kritiek op deze maatregelen, stellende dat ze zonder adequate collectieve onderhandeling zijn ingevoerd en onvoldoende rechtszekerheid bieden aan profvoetballers.
Gevolgen voor de transfermarkt
De uitspraak kan aanzienlijke gevolgen hebben voor het transfersysteem. Clubs die sterk afhankelijk zijn van transferinkomsten, zoals Ajax, PSV en Feyenoord, kunnen geconfronteerd worden met financiële uitdagingen als spelers gemakkelijker hun contracten kunnen beëindigen zonder hoge boetes. Hoewel het onwaarschijnlijk is dat het gehele transfersysteem wordt ontmanteld, zal FIFA moeten aantonen dat haar regels proportioneel en noodzakelijk zijn om gerechtvaardigde doelen, zoals contractstabiliteit en jeugdopleiding, te bereiken. Dit kan leiden tot een herziening van het financiële model van clubs, met een grotere nadruk op contractonderhandelingen en spelersontwikkeling.
De Diarra-zaak markeert een potentieel keerpunt in het internationale voetbal. Hoewel de volledige impact nog moet blijken, is duidelijk dat de transfermarkt zich in een overgangsfase bevindt, waarin de balans tussen spelersrechten en clubbelangen opnieuw wordt geëvalueerd.