Financieel directeur Susan Lenderink: 'Dankzij het gevoerde beleid zijn we sportief succesvol'

Ondanks dat Ajax by far de rijkste club in Nederland is, geeft het volgens financieel directeur Susan Lenderink geen garantie dat de club een monopolie kan krijgen binnen Nederland. Dat geeft ze aan in een uitgebreid interview met Voetbal International. "Veel heeft te maken met het afzetgebied. Ajax speelt in Nederland. De groeimogelijkheden zijn daardoor niet zo groot als in de topcompetities", aldus Lendrink. "Hier spelen voor de financiële afstanden tussen clubs de Champions League-premies een veel grotere rol. Dankzij het gevoerde beleid zijn we sportief succesvol en hebben we de Champions League nu een paar keer achter elkaar gehaald.

Lenderink gaat verder: "Maar dat wil niet zeggen dat andere clubs dat niet ook kunnen. We hebben niet zoals de topclubs in de Serie A en La Liga min of meer zekerheid over deelname. Redden we het een keer niet, dan verandert dat meteen al veel aan de financiële verhoudingen in de Eredivisie. Dus het is geen voldongen feit dat de verhoudingen zo blijven. Dat heeft de geschiedenis ook wel aangetoond."

De club wil graag aanhaken bij de Europese top, maar kan in Nederland qua begroting nooit hoger uitkomen ergens tussen de 150 en 200 miljoen euro. Dit terwijl de 'grote jongens' veel hogere begrotingen hebben. "Alle ins en outs ken ik niet, maar een initiatief als de BeNeLiga zou voor Ajax interessant kunnen zijn", zo geeft ze aan. "Het afzetgebied wordt dan groter. Mij lijkt dat een heel logische gedachte."

Voor Lenderink is het echter niet alleen hopen dat Ajax de Champions League haalt of een transfer goed valt. "Nou, er is wel wat meer invloed. Van mij wordt verwacht dat ik de strategie mede bepaal. Welke afdeling krijgt welke middelen? Met Menno Geelen ben ik continu bezig met zoeken naar nieuwe businessmodellen. Denk aan partnerships in het buitenland, zodat je minder afhankelijk wordt van alleen de sportieve prestaties", zegt ze daarover. "Het gaat nu goed, maar er kan ook een minder jaar tussen zitten. Ons kostenniveau is hoog, dus de scenario’s moeten wel klaarliggen, zodat we niet direct onze ambities hoeven los te laten als we één of twee jaar geen Champions League spelen. Er moet dan voldoende buffer zijn om geen concessies te hoeven doen aan de kwaliteit van het voetbal en de jeugdopleiding. Dat is een grote verantwoordelijkheid, al ben ook ik natuurlijk deels afhankelijk van hoe het balletje rolt."

Meer op VI.nl